zondag 22 mei 2011

Wortels en bananen

De tweede dag van onze fietstocht stond in het teken van de wortels van mijn vader. Hij heeft de eerste acht jaar van zijn leven in De Wâlden gewoond, in een vlek die Wijnjeterp- verlaat heet, vlakbij het dorpje Hemrik. Daar woont nog steeds een neef. En tante Joukje. Zij is een begrip in onze familie. Vroeger bezochten we regelmatig de afgelegen hobbyboerderij, keken bij de koeien, klommen op de trekker en dronken vers gemolken melk. Tante Joukje stond bekend om haar grote zorgzaamheid. Je ging er pas weg als geen pap meer zeggen kon en dan nog kreeg je een Mars meer voor onderweg. Zaterdag konden we de verleiding niet weerstaan. Ook al lagen we ver achter op schema, we reden even langs. Haar mond viel wijd open van verbazing. En ook al zeiden we meteen dat we alleen gedag kwamen zeggen: ze wilde koffie zetten en brood smeren. We slaagden erin om vriendelijk te bedanken en zeiden dat we alleen onze waterflesjes wilden vullen. Toen greep de 79-jarige krom lopende tante Joukje haar kans. Ze frommelde drie bananen en vier grote stukken koek in onze handen. Er was geen denken aan dat we zonder die rantsoenen verder mochten fietsen naar Sint Nyk. Vanochtend hadden we na de kerkdienst een tocht van 40 kilometer voor de boeg. En dat met windkracht 4 tot 5 pal tegen. Om 12 uur kwamen we in Creil even vijf minuten op adem. Ik dronk een flesje water en Jan Willem haalde een banaan uit zijn fietstas. ´Hongerklop!´, zei hij er waarschuwend bij. Ik werkte de banaan weg en we fietsten verder. Vlak voor Tollebeek begon het even te duizelen, maar niet lang daarna vond ik nog een nieuwe vaatje kracht. Het banaantje van tante Joukje had me gered.

Koeien en vleermuizen


Grotere kaart weergevenNet voor de kost was ik thuis van onze tweede jaarlijkse vader-en-zonenfietstocht. Deze keer reed ik samen met mijn vader en broer JW naar het noorden des lands. Het werd een tocht vol natuurschoon. De Wieden, Havelterberg, Dwingelderveld, Drents-Friese Wold, De Wâlden en tussendoor het ene na het andere knusse dorpje of dromerige landweggetje. Alleen aan het begin en eind zaten noodgedwongen rechte, winderige wegen. We sliepen de eerste avond in Diever, de tweede in Sint Nicolaasga. Het weer was fantastisch en dat in een tijd van het jaar waarin de wereld op z'n mooist is. Overal imposante batterijen paarse rododendrons, boeren die druk zijn met grasland maaien, zoete stalgeur in de lucht en jong leven in de wei. Kinderdieren, zouden de meiden zeggen. En koeien. Eindeloos veel koeien. Vogelconcerten in de vroege ochtend, een ree die plotseling het zandpad waarop we ploeterden overstak en de tweede avond een troep vleermuizen vlak boven de tafel waaraan we harten joegen. Opnieuw was ik diep verwonderd over de schoonheid van ons eigen land en over de bedenker, maker en onderhouder van dit alles.

maandag 16 mei 2011

Pukkels

Waterpukkels, noemt Anne-Grethe ze zelf. Vorige week waren ze er ineens. En dan kun je hoog springen of je laag houden, maar je bent er sowieso een week mee zoet. De meivakantie duurt daarom nog even voort en dat vindt ze helemaal niet erg. Op haar kamer worden uitgebreide 'verhalen' gespeeld met behulp van barbies op playmobil. En beneden staat zo vaak een barbie-, prinsessen- of barbieprinsessenfilm aan, dat het mij pas opvalt als er níet één of andere Romantische wals door de kamer door de kamer golft. Michal vindt de aanspraak ook heerlijk, al vliegen ze elkaar enkele keren per dag even flink in de haren. En als je aan Anne-Grethe vraagt of ze al wast opknapt, laat ze in een reflex haar schoudertjes hangen, houdt ze het hoofd scheef en zegt ze dat ze nog steeds erg ziek is.

maandag 2 mei 2011

Leestip: Oblomow

Ik heb de laatste tijd een mooie serie boeken gelezen. Het leestempo ging omhoog doordat ik nu lees tijdens mijn rugoefeningen. Verder bleef de tv uit tijdens de vastentijd en dat is natuurlijk ook erg bevorderlijk. Eerste aanrader is 'De helaasheid der dingen' van Dimitri Verhulst; boek over een jeugd in alcoholnevelen. Ik ken geen schrijver die schrijft zoals deze Vlaming. Ook mooi: 'De dieven van de schoonheid' van Pascal Bruckner, een Franse schrijver. Een razend spannend boek dat heel erg veelbelovend begint, maar tegen het einde toch niet alle beloften inlost. Toen weer een Frans boek: 'HhhH' van Laurent Binet. Het gaat over de aanslag op Heydrich, een hoog geplaatste nazi. Een mooi geschreven, gruwelijk, heldhaftig verhaal. Tussendoor las ik de nieuwe roman van Umberto Eco: De Begraafplaats van Praag. ik moet nog een paar pagina's maar kan nu wel stellen dat dit niet het vuurwerk was van 'De naam van de roos', 'De slinger', 'Het eiland vd vorige dag' of 'Baudolino'. Het boek mist vaart en spanning al is het bij tijd en wijle wel vermakelijk en een mooie sfeertekening van het vieze, 19de eeuwse Parijs. nee, het mooiste boek van de laatste tijd is Oblomow, een Russische klassieker van Gontsjarow. Het gaat over een edelman die chronisch lui is. De eerste 150 pagina's komt hij zelfs zijn bed niet uit. Het is ongelofelijk knap geschreven.